Trianal 0,50mg/50mg Suppo 12

triAnal verzacht de ontsteking en de pijn bij aambeien. Het optreden van aambeien kan worden vermeden door een vezelrijke voeding die darmverstopping zal tegengaan.

Wordt uw klacht na 28 dagen niet minder, of wordt hij zelfs erger? Neem dan contact op met uw arts.

Welke stoffen zitten er in dit middel? De werkzame stoffen in dit middel zijn: 1 zetpil bevat: Triamcinolonacetonid 0,50 mg – Lidocaine chloorhydraat 50 mg.

De andere stoffen in dit middel zijn: Middelketen-triglyceriden – Vast vet.

Gebruikt u naast triAnal nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de mogelijkheid dat u in de nabije toekomst andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts of apotheker.

Het gebruik van dit geneesmiddel kan de werking van sommige andere geneesmiddelen wijzigen indien deze gelijktijdig gebruikt worden, o.a. salicylaten en ontstekingswerende middelen. Het is mogelijk dat u allergisch bent aan dit geneesmiddel indien u reeds allergisch bent aan een andere soort lokaal toegepaste corticosteroïde.

In geval van twijfel, raadpleeg uw arts of uw apotheker.

Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen daarmee te maken. De frequentie van de bijwerkingen wordt als volgt ingedeeld: Zeer vaak (≥1/10) Vaak (≥1/100, <1/10) Soms (≥1/1.000, <1/100) Zelden (≥1/10.000, <1/1.000) Zeer zelden (<1/10.000), niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald) Oogaandoeningen : - Zelden : Wazig zien Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen – Zelden: allergieën (zwelling en uitslag van de huid en van het slijmvlies op de plaats van de behandeling): stop dan de behandeling. – Niet bekend : - Licht gevoel van branderigheid, jeuk, verhoogde drang tot ontlasting en toename van de afscheiding. - Langdurig of overmatig gebruik kan leiden tot algemene bijwerkingen over het hele lichaam . Huid- en onderhuidaandoeningen Niet bekend: - Vertraging van de littekenvorming. - In geval van langdurig gebruik kan het slijmvlies broos worden. Maagdarmstelselaandoeningen Niet bekend: bevordering van de stoelgang, maar soms ook verstopping. Het melden van bijwerkingen Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden via het Federaal agentschap voor geneesmiddelen en gezondheidsproducten - Afdeling Vigilantie - EUROSTATION II - Victor Hortaplein, 40/ 40 - B-1060 Brussel Website: www.fagg.be - e-mail: patientinfo@fagg-afmps.be Door bijwerkingen te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.

Wanneer mag u dit middel niet gebruiken? - U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u

vinden in rubriek 6. - U bent zwanger. - U lijdt aan tuberculose of plaatselijke infecties.